Vlaamse bedrijven in China: een stralende toekomst of verleden tijd?

Gedurende tien dagen trok ik met een groep Vlaamse ondernemers door China. Doel was uit te zoeken of China het land van melk en honing is of eerder een land ‘op zijn retour’.

De Chinese politiek is sterk verweven met de bedrijven en veel grote bedrijven in China zijn staatsbedrijven. “Onze economie is policy-driven”, stellen heel wat personen die ik ontmoet, “en niet board-driven”.

Toch zijn privébedrijven in China zeer belangrijk. Ze vertegenwoordigen negentig procent van alle ondernemingen. Ze zijn goed voor tachtig procent van de jobs, zeventig procent van de innovatie, zestig procent van het bruto binnenlands product en betalen vijftig procent van alle vennootschapsbelastingen.

Sputterende economie

De economische groei in China is niet meer wat die geweest is. De groei bedraagt ‘slechts’ 4,5 procent.

De oorzaak van dit voor de Chinezen lage groeicijfer is hoofdzakelijk de crisis in de bouwsector. De prijzen van appartementen daalden met dertig procent op één jaar, wat het vertrouwen van de Chinees in onroerend goed deed wegebben. Om de leegstand tegen te gaan, besliste de regering om de rente te doen dalen. De kortetermijnrente is sinds het jaar 2020 al tien keer verlaagd – de laatste keer op 24 september 2024 – en daalde in die periode van 2,5 naar 1,5 procent.

Ten tweede wordt het overaanbod aan appartementen aan banden gelegd door nieuwe projecten streng te controleren.

Een derde oorzaak is dat de reserveplichten van de banken werden verminderd om hun kredietverleningscapaciteit te verhogen. Dat is eerder riskant, want dit kan het banksysteem destabiliseren en het holt de facto de Bazel-reglementering uit.

De Chinese banken hebben nu al een systematisch risico – zo heet dat in Bazel-termen – van 1.200 miljard dollar, tweemaal zoveel als de Amerikaanse banken. Daarnaast hebben de Chinese banken nu al kapitaalvereisten die ver beneden de Bazel-aanbevelingen liggen. De Chinese overheid moet dan ook regelmatig Chinese banken ondersteunen.

Belgische ondernemingen in China

De missie bracht ons naar verschillende Chinese ondernemingen, zoals Lenovo (computers), Alibaba (online platform), Dahua Technology (camerabewaking), Pony.ai (autonoom rijden), enzovoort. Daarnaast wilden we graag te weten komen hoe het gaat met de Belgische ondernemingen in China. Heel wat bedrijven zijn er actief, zoals Agfa, Ahlers Logistics, Ageas, Barco, Bekaert, China Floors, Picanol, Solvay, Umicore, Cortina en Orfit Industries, om er een paar te noemen.

De Vlaams-Chinese Kamer van Koophandel organiseerde voor ons een gesprek met twee Belgische bedrijven die in China gevestigd zijn, KBC en Bekaert. We hadden ook contact met Volvo, aangezien het bedrijf nog de enige autobouwer in België is en voor 76 procent behoort tot de Chinese Geely-groep.

KBC verleent vooral diensten aan de Belgische bedrijven actief in China. De slabakkende economie heeft natuurlijk een negatieve impact op de kredietvraag. Bekaert is van oudsher actief in China en heeft er liefst zeventien vestigingen. Het bedrijf heeft er ook zijn grootste R&D-centrum en zet hoofdzakelijk in op duurzaamheid.

Volvo heeft negenhonderd personen in dienst. Ook de autobouwer zet in op duurzaamheid. De doelstelling is om tegen 2050 54 procent van de producten duurzaam te maken en de koolstofuitstoot te reduceren met 54 procent.

Carbon Border Adjustment Mechanism

Beide bedrijven zijn er dan ook vrij gerust in dat ze in orde zijn met de CBAM (Carbon Border Adjustment Mechanism)-maatregel.

Deze Europese verordening wil oneerlijke concurrentie en koolstoflekkage tegengaan door importtarieven op te leggen als de importerende bedrijven niet aan Europese milieunormen voldoen. Volvo en Bekaert gaan ervan uit dat hun duurzame aanpak ervoor zal zorgen dat ze op hetzelfde niveau zitten als producenten binnen de Europese Unie. Zo moeten ze de facto geen CBAM-heffing betalen.

Beide bedrijven bewerken trouwens vanuit China de globale markt en niet alleen de interne Chinese markt. Voor Bekaert bijvoorbeeld is dertig procent van de omzet bestemd voor de interne markt en zeventig procent voor export vanuit China.

Innovatiesnelheid

Volvo en Bekaert benadrukken dat de innovatie in China uiterst snel gaat. De periode van design tot fabricage bijvoorbeeld duurt bij Volvo veertien maanden, terwijl die in Europa gemiddeld 42 maanden bedraagt. Ook bij Bekaert verloopt de R&D stukken sneller dan in Europa. De R&D-afdeling beschikt over tweehonderd ingenieurs waarvan negentig in het labo in China.

Dat innoveren zo snel gaat, heeft te maken met de beslissingssnelheid, de grote massa talentvolle ingenieurs en vooral met de moordende interne concurrentie.

Intellectuele eigendom

Bescherming van intellectuele eigendom is een belangrijk issue in China. Bekaert heeft vooral zijn interne procedures aangescherpt om te vermijden dat interne informatie naar buiten stroomt. Volvo probeert zoveel mogelijk patenten te nemen. Qua wetgeving is er enorme vooruitgang geboekt. Het niet respecteren van intellectuele eigendomsrechten wordt nu zeer streng beboet. Speciale rechtbanken beoordelen de gevallen van misbruik en de straffen zijn niet mals.

Dat bevestigde ook de Belg Philippe Snel, advocaat bij Dawo Law Firm en sinds twintig jaar actief in China. Bedrijven die zeggen weg te blijven uit China omdat de intellectuele rechten er niet worden gerespecteerd, moeten op zoek gaan naar een ander excuus, stelt hij.

Financiering

De Belgische ondernemingen die actief zijn in China zijn grote bedrijven en dus gebeurt de financiering via de groep. Tijdens onze bedrijfsbezoeken stellen we vast dat de financiering niet fundamenteel anders is dan voor Europese bedrijven.

Een paar voorbeelden: Geely, de moeder van Volvo, financiert hoofdzakelijk via de beurs; Lenovo startte met businessangels, Pony.ai financiert hoofdzakelijk met Amerikaanse en Chinese venture capitalists. Geen enkel van de bezochte bedrijven vermeldde subsidies als bron van financiering.

Human resources

De officiële werkweek in China bedraagt veertig uur. Werknemers die meer willen verdienen, kunnen gerust bijwerken, ook in het weekend. De viering van 75 jaar Volksrepubliek China viel op dinsdag 1 oktober 2024. Die dag wordt er niet gewerkt. Daardoor was er een compensatiedag op zondag en konden wij die dag op bedrijfsbezoek.

Bij ons bezoek aan Jouav Automation, een bedrijf dat drones bouwt, merkten we dat er tussen de magazijnen een bedrijfshotel staat. De werknemers verblijven er van maandag tot vrijdag of zaterdag. Dat is het geval bij veel bedrijven.

Bedrijven die verlieslatend zijn, reduceren de salarissen. De werknemers aanvaarden dat. In extreme gevallen worden zelfs de bonussen teruggevraagd die het jaar voordien zijn uitgekeerd. Ook dat kan.

Tot slot

Van alle geproduceerde goederen in de wereld komt 35 procent uit China. Het blijft dus een gigantisch verhaal, al is de interne concurrentie immens.

Voor wie zich richt op massaproductie is er dan ook geen plaats meer in China. Nichespelers daarentegen kunnen er volgens mij nog heel goed zakendoen.

Mots clés

Articles recommandés

Nieuw e-book over Mobility as a Service

Hoe de transformatie van de automarkt inspiratie kan bieden voor duurzame fiscaliteit?

De "shock" voorspellingen van Saxo Bank voor 2025