COP 30: Key documenten en reacties van EP, CE en federaal Minister van Klimaat.

Temps de lecture: 8 min | 26 nov. 2025 à 05:00

De COP30-klimaatconferentie van de VN is plaatsgevonden van 10 tot 21 november 2025 in Belém, Brazilië.

In en outs.

Verwante dokumenten

Op 22 november werd een definitief akkoord bereikt.

Op woensdag 19 november vond een gezamenlijke persconferentie plaats met delegatievoorzitter Lídia Pereira en Wopke Hoekstra, commissaris voor Klimaat, Netto Nul en Schone Groei.

Reactie

Europees Parlement : Resultaat COP30: langzame vooruitgang, maar onvoldoende om de urgentie van de klimaatcrisis aan te pakken

“Op COP30 werden we, ondanks onze voortdurende inspanningen en het duidelijke mandaat van het Europees Parlement inzake mitigatie en de uitfasering van fossiele brandstoffen, geconfronteerd met een verenigd BRICS-Arabisch front en een voorzitterschap dat niet bereid was ons ambitieniveau te evenaren, en we moeten betreuren dat het eindresultaat niet verder ging. Toch hebben we erkenning gekregen voor de reactie op de emissiekloof, een evenement op hoog niveau over de uitvoering en vooruitgang geboekt via de Belém 1,5 °C-missie, de Global Implementation Accelerator en een plurilateraal initiatief voor de overgang van fossiele brandstoffen. Wat aanpassing betreft, werd de financiering beschermd binnen het nieuwe kader voor collectieve gekwantificeerde doelstellingen inzake klimaatfinanciering (NCQG) en hebben we een aanbeveling bereikt om de steun tegen 2035 minstens te verdrievoudigen, waardoor de solidariteit met de meest kwetsbaren wordt versterkt. De handelsaspecten van de onderhandelingen bleven intact met een toegevoegd verslag. En hoewel het momentum voor wereldwijde klimaatactie trager is dan het zou moeten zijn, bleef het multilateralisme overeind en blijven we vastbesloten om aan te dringen op de ambitie die de wetenschap vereist", aldus Lídia Pereira (EVP, PT), voorzitter van de delegatie

“Het resultaat van COP30 biedt een zeer minimale basis voor wereldwijde klimaatactie, maar het tempo blijft veel te laag om de urgentie van de klimaatcrisis het hoofd te bieden. Dit resultaat bevestigt dat de kloof tussen klimaatambitie en concrete emissiereducties nog steeds groot is. Dit is niet de grote stap die de wereld nu nodig heeft. President Lula legde de lat hoog en de EU kwam met de intentie om het voortouw te nemen in een coalitie van ambitieuze landen. De weerstand van onder meer de oliestaten was echter te groot en het geopolitieke evenwicht is duidelijk verschoven. Samen met het Verenigd Koninkrijk moest de EU tegen de stroom in roeien om enige ambitie te redden. Hierdoor raakt Europa steeds meer geïsoleerd van de rest van de wereld. De EU moet nu dringend coalities smeden om te voorkomen dat we in toekomstige onderhandelingen opnieuw geïsoleerd raken", aldus Mohammed Chahim (S&D, NL), vicevoorzitter van de delegatie.

Europese Commissie : EU bereikt akkoord over wereldwijde respons om grens van 1,5 °C binnen handbereik te houden

In het kader van de Overeenkomst van Parijs van 2015 zijn 194 landen overeengekomen om de gemiddelde wereldwijde temperatuurverandering ruim onder 2 ° C en zo dicht mogelijk bij 1,5 ° C tegen het einde van de eeuw te houden. Daartoe kwamen zij overeen NDC's in te dienen die hun individuele emissiereductiedoelstellingen vertegenwoordigen.

De Europese Unie zet zich krachtig in voor de Overeenkomst van Parijs en heeft een duidelijke koers uitgezet om haar doelstellingen en klimaatneutraliteit tegen 2050 te bereiken, met een wetenschappelijk onderbouwd beleid. De EU is goed voor slechts 6 % van de wereldwijde emissies en heeft haar broeikasgasemissies sinds 1990 al met 37 % verminderd, terwijl haar economie met 71 % is gegroeid. Deze gestage vooruitgang houdt Europa stevig op koers om zijn klimaatdoelstelling voor 2030 te halen, namelijk een vermindering van de nettobroeikasgasemissies met ten minste 55 % tegen 2030 ten opzichte van het niveau van 1990.

Vóór de COP30 heeft de EU in het kader van de Overeenkomst van Parijs een ambitieuze nieuwe NDC ingediend om de nettobroeikasgasemissies tegen 2035 met 66,25-72,5 % te verminderen ten opzichte van het niveau van 1990, die alle sectoren van de economie en alle broeikasgassen omvat. Deze nieuwe internationale verbintenis is een belangrijke mijlpaal in het streven naar verdere emissiereducties in het komende decennium. Na goedkeuring door de Raad zet de EU haar binnenlandse besprekingen voort om haar nettobroeikasgasemissies tegen 2040 met 90 % te verminderen ten opzichte van het niveau van 1990, waarbij een duidelijk traject naar nettonul wordt uitgestippeld.

De EU blijft de grootste verstrekker van internationale klimaatfinanciering ter wereld. Samen met haar lidstaten verstrekte zij in 2024 in totaal 31,7 miljard EUR uit openbare bronnen en mobiliseerde zij nog eens 11 miljard EUR aan particuliere financiering. Dit fonds financiert projecten in ontwikkelingslanden over de hele wereld die helpen bij het verminderen van emissies en het opbouwen van weerbaarheid tegen de gevolgen van klimaatverandering.

Voor meer informatie

EU-onderhandelingsmandaat voor COP30

EU op COP30 VN-klimaatconferentie

Bijdrage van Team Europa aan de wereldwijde klimaatfinanciering 2013-2024

Persbericht: Commissie is ingenomen met aangescherpte klimaatambitie van de EU en vooruitgang met betrekking tot de doelstelling voor 2040 in de aanloop naar COP30

Federaal Minister van Klimaat

22 november 2025 – Belém (Brazilië) – Terwijl COP30 in Belém eindigt en de onderhandelingen tot laat in de nacht en vroeg deze ochtend doorgingen, neemt federaal minister van Klimaat Jean-Luc CRUCKE, die voor België delegatieleider was tijdens deze COP en nog steeds ter plaatse aanwezig is, positie in: de goedgekeurde tekst staat duidelijk niet op het niveau van de wetenschappelijke vereisten en de gehoopte ambities. Het IPCC herinnert eraan dat de wereldwijde uitstoot nog met 43% moet dalen tegen 2030 om de opwarming onder 1,5°C te houden (IPCC, AR6).

De goedgekeurde tekst bevestigt de ambitie opnieuw en bevestigt dat Brazilië initiatieven zal lanceren om de versnelling van de uitvoering door alle actoren en alle landen te ondersteunen. Ook al neemt hij het voorstel van een duidelijk proces voor de geleidelijke uitstap uit fossiele energie niet op, deze initiatieven zullen bijdragen aan de verbetering van de wetenschappelijke prognoses van de temperatuurstijging en zullen de uitstoot van broeikasgassen verminderen.

Het akkoord voorziet in de organisatie van een “High level event” in 2026 en een “wereldwijde accelerator voor de uitvoering” om de ambitie te ondersteunen. Dat betekent dat Brazilië tijdens zijn voorzitterschap initiatieven zal lanceren om aan de uitvoering te werken.

Wat de financiering betreft, bevestigt het akkoord opnieuw de financieringsdoelstelling voor ontwikkelingslanden die vorig jaar op COP29 in Bakoe werd overeengekomen, en vraagt het in dit kader om een verdrievoudiging van de financiering voor aanpassing, zonder dat de globale doelstelling van 300 miljard ter discussie staat.

Maar als het globale akkoord teleurstelt, mag België trots zijn op zijn rol en zijn standvastigheid naast de staten die echt actie ondernemen. Ons land, versterkt door zijn alliantie binnen de BENELUX, behoort tot de staten die het internationale initiatief steunden dat door Colombia werd gedragen en waarvoor nu een belangrijke coalitie van landen zich heeft aangesloten. Dit initiatief heeft als doel een rechtvaardige en geplande uitstap uit fossiele energie te organiseren.

Deze concrete dynamiek, gedragen door landen die niet langer willen wachten op de kleinste gemene deler, vormt een sterke toekomstsperspectief voor de periode na de COP. België blijft hierin een actieve, vastberaden en constructieve rol spelen.

België blijft inspanningen leveren om allianties op te bouwen en te behouden: met Colombia, binnen de Benelux en de Europese Unie, met de Afrikaanse landen en wereldwijd met alle ambitieuze landen… Maar ook en vooral met zijn economische actoren en met zijn burgers.

Maar wat de wereld ook zal onthouden, zijn twee belangrijke feiten die de plenaire vergadering hebben gekenmerkt waarin de definitieve tekst is aangenomen:

Brazilië, dat het voorzitterschap voor het komende jaar heeft, heeft zich eenzijdig geëngageerd om een roadmap op te stellen over de uitstap uit fossiele energie en de kwestie van ontbossing, na de druk van de ambitieuze landen, geleid door Colombia. Dit is sterk toegejuicht in de zaal. Het initiatief van het Braziliaanse voorzitterschap betreffende de roadmap met betrekking tot de uitstap uit fossiele energie zal worden uitgevoerd in het kader van het Colombiaanse initiatief, waarvan de eerste internationale bijeenkomst eind april 2026 in Santa Maria plaatsvindt.
Colombia heeft daarnaast zijn oppositie geuit tegen een andere tekst dan de ‘cover text’, die gaat over mitigatie, maar die toch in het pakket is opgenomen door het Braziliaanse voorzitterschap (en zij hebben laten weten dat dit meer was dan een bezwaar met een eenvoudige annotatie). Colombia heeft aangegeven dat het om een categorieke weigering ging en heeft gevraagd dat de geleidelijke uitstap voor fossiele energie daarin vermeld zou worden om te kunnen worden gestemd.

Naar aanleiding hiervan heeft Brazilië voorgesteld om consultaties te houden over de Global Goal on Adaptation & Mitigation Work Program tot aan de sessie in Bonn in juni, en het zal rekening houden met de verschillende punten die zijn gemaakt over de transitie en over de indicatoren voor aanpassing.

“Dit incident bevestigt dat de wereld letterlijk verdeeld is tussen de ambitieuze landen en de landen die dat niet zijn, waaronder houders van fossiele energie, maar ook dat België gelijk had om zich aan te sluiten bij het Colombiaanse initiatief. Meer dan ooit moeten wij onder meer onze energieonafhankelijkheid verzekeren,” verklaart minister Jean-Luc CRUCKE.

Na afloop van de plenaire vergadering verklaart minister Jean-Luc CRUCKE: “Er zijn dagen waarop het licht traag doorbreekt, maar men moet leren vasthouden aan de kleinste straal om verder te kunnen gaan. Wij zijn dat ook verschuldigd aan onze bedrijven en onze burgers: het economische model toont zijn grenzen, verliest geleidelijk aan concurrentievermogen, en voor ons is de COP niet alleen een klimaatafspraak maar ook een cruciale economische top voor onze welvaart.”