
Stephanie Lose, minister van Economische Zaken van Denemarken
De digitale euro is een belangrijke stap in de richting van een robuuster en concurrerender Europees betalingssysteem en kan bijdragen tot de strategische autonomie en economische veiligheid van Europa, en de internationale rol voor de euro versterken.
Morten Bødskov, minister van Industrie, Bedrijfsleven en Financiële Aangelegenheden van Denemarken
De strategische autonomie van Europa moet worden versterkt, ook in de betalingssector. De digitale euro moet de betalingsinfrastructuur in de eurozone veerkrachtiger maken. Het akkoord van de Raad laat duidelijk zien dat de EU in staat is actie te ondernemen op dit belangrijke gebied.
De digitale euro wordt een aanvulling op contant geld. Het grote publiek en bedrijven zullen er in de eurozone altijd en overal mee kunnen betalen. Als een echte openbare faciliteit die rechtstreeks door de Europese Centrale Bank (ECB) wordt gedekt, zal de digitale euro er helpen voor zorgen dat centralebankgeld de spil van een goed functionerend betalingssysteem blijft.
De digitale euro zal:
Zodra het rechtskadervoorstel door het Europees Parlement en de Raad is goedgekeurd, zal het uiteindelijk aan de ECB zijn om te beslissen of zij de digitale euro zal uitgeven. De ECB heeft onlangs aangegeven dat de digitale euro tegen 2029 operationeel zou kunnen zijn.
In zijn nieuw standpunt verduidelijkt de Raad een aantal belangrijke elementen met betrekking tot de digitale euro.
Om te voorkomen dat de digitale euro als opslagplaats van waarde wordt gebruikt en de financiële stabiliteit beïnvloedt, komen er limieten voor het totale bedrag aan digitale euro's dat op digitale onlinerekeningen en in digitale portemonnees kan worden aangehouden. De limieten zullen door de ECB worden vastgelegd conform een door de Raad overeengekomen algemeen plafond, dat ten minste om de 2 jaar zal worden herzien.
Aanbieders van betalingsdiensten mogen geen kosten aanrekenen voor bepaalde verplichte diensten, zoals het openen en sluiten van rekeningen, betalingen in digitale euro van hun rekening of portemonnee, overmakingen tussen een portemonnee of rekening in digitale euroen een andere rekening die bij dezelfde aanbieder van betalingsdiensten wordt aangehouden.Voor bepaalde diensten met toegevoegde waarde mogen wel kosten worden aangerekend.
De tekst creëert ook een kader om ervoor te zorgen dat aanbieders van interfaces en diensten voor de digitale euro de nodige toegang krijgen tot de hard‑ en software van producenten van mobiele apparaten, zodat eerlijke toegang kan worden gegarandeerd.
Daarnaast komt er een kader voor de compensatie van aanbieders van betalingsdiensten. Gedurende een overgangsperiode van ten minste 5 jaar worden de interbancaire en handelarenvergoedingen geplafonneerd op een niveau dat gebaseerd is op vergoedingen voor vergelijkbare betaalmiddelen. Na de overgangsperiode komen er nieuwe maximumvergoedingen op basis van de werkelijke kosten in verband met de digitale euro.
Volgens de huidige EU-wetgeving is eurogeld het enige wettige betaalmiddel in de eurozone. Fysieke eurocontanten moeten algemeen beschikbaar zijn en worden aanvaard om te betalen voor diensten en goederen en om schulden af te lossen, behoudens correct afgebakende en gecontroleerde uitzonderingen.
Het voorstel waarover de Raad nu zijn standpunt heeft bepaald, wil die regels verduidelijken, inclusief de wisselwerking tussen de fysieke en digitale euro, om de samenhang tussen de 2 vormen van onze munt te waarborgen. De belangrijkste doelen van het voorstel zijn:
In zijn standpunt stelt de Raad dat hij detailhandelaren of dienstverleners wil verplichten betalingen in contant geld te aanvaarden, met name voor de betaling van goederen of diensten die op afstand, ook online, zijn gekocht, en bij onbemande verkooppunten. Bedrijven kunnen echter nog steeds aangeven dat zij de voorkeur geven aan digitale of kaartbetalingen.
Volgens het onderhandelingsmandaat van de Raad moeten de EU-lidstaten erop toezien dat betalingen in contanten worden aanvaard en de toegang tot contant geld op hun hele grondgebied waarborgen op basis van gemeenschappelijke en nationale indicatoren, en waar nodig corrigerende maatregelen nemen.
Tot slot wordt van de lidstaten verwacht dat zij een plan of maatregelen voor de veerkracht van contanten opstellen voor ernstige en grootschalige verstoringen van het elektronisch betalingsverkeer.