
Een landingsbaan voorziet de mogelijkheid voor een oudere werknemer om zijn/haar arbeidsprestaties met 1/5de of de helft te verminderen tot het pensioen. Een landingsbaan kan opgesplitst worden in 2 afzonderlijke onderdelen, nl. het recht op een landingsbaan enerzijds en het recht op een uitkering anderzijds.
In het zomerakkoord werd voorzien in een aantal hervormingen voor het systeem van landingsbanen. De NAR sloot nu een aantal cao’s om het recht op een landingsbaan en het recht op een uitkering beter op elkaar af te stemmen. In principe zal men recht hebben op een landingsbaan en uitkering vanaf 60 jaar, uitzonderlijk vanaf 55 jaar. Het recht op een landingsbaan vóór 55 jaar zonder uitkeringen wordt afgeschaft. Deze wijzigingen treden in werking vanaf 1 januari 2026.
In het kader van het algemeen stelsel was het mogelijk om de arbeidsprestaties te verminderen vanaf 55 jaar. Het recht op een uitkering opende pas vanaf 60 jaar.
Vanaf 2026 zal een werknemer voor zowel het recht als de uitkering 60 jaar moeten zijn. Een landingsbaan zonder uitkering vanaf 55 jaar is bijgevolg niet meer mogelijk.
Momenteel volstaat een loopbaan van 25 jaar. Dit zal geleidelijk aan worden verhoogd tot 30 dan wel 35 jaar in 2030.
Er wordt voorzien in een afwijkende regeling voor mannen en vrouwen. Zo zal een man vanaf 2026 een loopbaan van 31 jaar moeten kunnen aantonen, een vrouw een loopbaan van 26 jaar.

Het gaat om:
Om een beroep te kunnen doen op één van de uitzonderingen, moet naast een NAR-cao ook een sectorale of ondernemings-cao worden gesloten. Binnen de NAR werden cao’s nr. 179, 180, 181 en 182 gesloten, geldig t.e.m. 30 juni 2029.
De sociale partners voorzien in de mogelijkheid voor voltijdse werknemers die tewerkgesteld zijn met een arbeidsregime van minder dan 5 dagen (vb. weekendwerk of 4-dagenweek) om hun arbeidsprestaties te verminderen met 1/5de. Dit was tot op heden niet mogelijk.
Het is wel noodzakelijk dat hierover sectoraal of op ondernemingsniveau een cao of schriftelijk akkoord wordt gesloten waarin de modaliteiten voor de organisatie worden geregeld. Deze mogelijkheid kan worden voorzien voor alle vormen van tijdskrediet en niet enkel voor landingsbanen.
Bron: Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103/7 tot aanpassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni 2012 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen; Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 179 tot vaststelling, voor de periode van 1 januari 2026 tot 31 december 2027; van het interprofessioneel kader voor de aanpassing naar 55 jaar van de leeftijdsgrens, wat de toegang tot het recht op uitkeringen voor een landingsbaan betreft, voor werknemers met een lange loopbaan, zwaar beroep of uit een onderneming in moeilijkheden of herstructurering; Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 180 tot vaststelling, voor de periode van 1 januari 2028 tot 30 juni 2029, van het interprofessioneel kader voor de aanpassing naar 55 jaar van de leeftijdsgrens, wat de toegang tot het recht op uitkeringen voor een landingsbaan betreft, voor werknemers met een lange loopbaan, zwaar beroep of uit een onderneming in moeilijkheden of herstructurering; Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 181 tot vaststelling, voor de periode van 1 januari 2026 tot 31 december 2027, van het interprofessioneel kader voor de aanpassing naar 55 jaar van de leeftijdsgrens, wat de toegang tot het recht op uitkeringen voor een landingsbaan betreft, voor sommige mindervalide werknemers; Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 182 tot vaststelling, voor de periode van 1 januari 2028 tot 30 juni 2029; van het interprofessioneel kader voor de aanpassing naar 55 jaar van de leeftijdsgrens, wat de toegang tot het recht op uitkeringen voor een landingsbaan betreft, voor sommige mindervalide werknemers, www.cnt-nar.be.