Financieel vermogen van Belgische gezinnen in een dipje eind eerste kwartaal 2025

Financieel vermogen van Belgische gezinnen vermindert met 8 miljard euro.
Financiële schulden stijgen met 3,1 miljard en de financiële bezittingen nemen af met 4,9 miljard euro.

​

Het financieel vermogen van Belgische gezinnen daalde in het eerste kwartaal van 2025 tot een totaal van 1 256 miljard euro. Dat vermogen bestaat uit het totaal van de financiële bezittingen van Belgische gezinnen, verminderd met hun financiële verplichtingen. De financiële schulden stegen met 3,1 miljard tot 360,7 miljard euro terwijl de financiële bezittingen afnamen tot een totaal van 1 616,7 miljard euro. Het totaal van de financiële bezittingen verminderde in het eerste kwartaal 2025 met bijna 5 miljard euro, een afname die volledig toe te schrijven was aan waardeverminderingen. De gezinnen bleven immers met 5,6 miljard netto flink investeren. Aandelen in beleggingsfondsen werden met 4,5 miljard euro netto veruit het meest aangekocht, en ook in verzekeringsproducten werd voor 2 miljard geïnvesteerd. Net als in het laatste kwartaal van 2024 bleven de gezinnen geld weghalen van termijnrekeningen (-6,4 miljard euro), ten gunste van spaarrekeningen (+6,9 miljard euro). Schuldbewijzen werden netto verkocht, voor 1,7 miljard euro. De afname van het financieel vermogen en bezittingen in het eerste kwartaal 2025 kwam dus volledig door waardeverminderingen, in totaal voor 10,4 miljard euro op de financiële bezittingen. Deze hadden de grootste impact op het deel beleggingsfondsen in de portefeuille, dat een negatief prijseffect van 8,2 miljard liet optekenen.

Ook bij de verzekeringsproducten en de beursgenoteerd aandelen speelden de waardeverminderingen, respectievelijk met 5 en 1 miljard euro. Enkel de niet beursgenoteerde aandelen en overige deelnemingen noteerden met 3,8 miljard euro positieve waarderingseffecten. De waardering van schuldbewijzen bleef op een status quo. Door de distributional wealth accounts is geweten dat de waardeverminderingen vooral wegen op de 10% rijkste Belgen.

De financiële verplichtingen van de particulieren stegen in het eerste kwartaal, tot een uitstaand bedrag van 360.7 miljard euro.
De verhoging van de hypothecaire kredieten met 3,2 miljard euro is daar vooral de oorzaak van.