Een op drie kmo’s vragende partij voor meer flexibele uren (regeringsmaatregel)

Leidt ‘annualisering’ van de arbeidstijd binnenkort tot meer flexibele arbeidstijdregimes?

Het federale regeerakkoord bevat plannen rond de ‘annualisering van de arbeidstijd’. In tegenstelling tot bestaande flexibele arbeidstijdsystemen wordt de spreiding van de maximale arbeidstijd dan op jaarbasis afgesproken op het niveau werkgever en werknemer. Dat is goed nieuws voor duizenden kmo’s die vragende partij zijn: in Vlaanderen en Brussel wenst bijna een op drie kmo’s meer mogelijkheden van flexibel werken aan te bieden aan hun vaste medewerkers. In Wallonië bestaat die interesse bij 12% van de kmo’s. Dit blijkt uit de meest recente kmo-bevraging van SD Worx in december 2024 bij 557 kmo-werkgevers.

Vraag naar meer flexibele invulling van arbeidstijd

  • Bijna een kwart (23%) van de kmo’s drukt de wens uit om meer flexibele afspraken met hun werknemers te maken over de invulling van de arbeidstijd. Deze vraag naar meer flexibiliteit in arbeidstijd leeft sterker bij kmo’s in Vlaanderen en Brussel, met respectievelijk 27% en 29%. In Wallonië is dit belangrijk voor 12% van de kmo’s.
  • In België wordt de arbeidstijd van een voltijdse en deeltijdse werknemer klassiek op weekbasis bekeken. Wordt de voltijdse weekgrens (in de meeste sectoren 38 uur per week) overschreden, bijvoorbeeld door buitengewone werkdruk, dan leidt dit al snel tot overuren, met bijhorende extra loonkost.

Annelies Rottiers, Directeur Consulting kmo bij SD Worx: “De plannen rond ‘annualisering’ van de arbeidstijd zullen in goede aarde vallen bij een grote groep kmo-werkgevers in Vlaanderen en Brussel die tegen de grenzen en procedures van de huidige arbeidstijdwetgeving botsen. Bij ‘annualisering’ van de arbeidstijd worden gesprekken rond de invulling van de arbeidstijd teruggebracht naar het niveau werkgever-werknemer. Een op drie kmo’s in Vlaanderen en Brussel is vragende partij. Arbeidstijd hoeft dan niet langer op weekbasis gerealiseerd te worden. Werkgever en werknemer kunnen overeenkomen om de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur over een langere periode te bekijken én in te vullen volgens de wensen of noden die zich tijdens die periode voordoen.

Hoe verschilt ‘annualisering’ met wat er vandaag al bestaat?

  • De huidige Belgische wetgeving kent al enkele systemen die meer flexibiliteit toelaten. Zo zijn er glijdende werkroosters, of systemen die toelaten pieken en dalen in werkdruk op te vangen. Deze werksystemen zijn vaak gebonden aan intensieve procedures en vragen doorgaans ook sociaal overleg. Bovendien worden ze in de praktijk opgezet en gebruikt op ondernemings- of afdelingsniveau.
  • Binnen het Europees kader kan wekelijks maximaal 50 uur gepresteerd worden, op voorwaarde dat de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van 38 uur bereikt wordt over een langere periode. Dit systeem biedt dus meer ruimte om de contractueel afgesproken (voltijdse of deeltijdse) arbeidsduur te bereiken – niet op weekbasis, maar over een langere periode. Pieken en dalen in werkdruk kunnen op die manier ondervangen worden. Het schept bovendien ruimte voor individuele vragen naar flexibiliteit, zowel van werkgever als werknemer. Dit Europese systeem is vandaag niet verankerd in de Belgische wetgeving, met uitzondering van enkele sectoren zoals logistiek of zorgsector.

Annelies Rottiers van SD Worx vervolgt: “’Annualisering’ van de arbeidstijd kan een werkbare oplossing zijn voor noden bij de werkgever, zoals het opvangen van pieken en dalen, of het aanbieden van een ruimere bereikbaarheid voor klanten. Maar evengoed is het een oplossing voor de wensen van individuele werknemers rond duurzame loopbanen of haalbare werkregimes. Denk maar aan minder werken tijdens schoolvakanties of een afstemming op co-ouderschapsregelingen. Het laat ook toe de werkdag later te starten of vroeger te stoppen om dagelijks fileleed te vermijden. De wens naar meer flexibiliteit krijgt via de aanpak van ’annualisering’ die invulling die tegemoetkomt aan concrete en soms heel diverse wensen van werkgevers en werknemers.”

Flexibele invulling van de arbeidstijd, zoals via ‘annualisering’, is niet te verwarren met flexibele types van tewerkstelling zoals studenten of flexi-jobs. Deze lossere vormen van professionele samenwerking leveren op bepaalde momenten inderdaad extra handen op de werkvloer op.


Vooral bij Brusselse kmo’s interesse voor meer flexibele nachtarbeid

[1] Wat brengt het federale regeerakkoord 2025-2029 voor werkgevers en werknemers? | SD Worx

  • Ook het verbod op nachtarbeid speelt bepaalde kmo’s parten. Kmo’s in Brussel geven aan meer nood te hebben aan avondwerk: een op de zes (16%) Brusselse kmo’s verkiest om nachtarbeid pas te laten ingaan vanaf 24 uur (i.p.v. vanaf 20 uur). Tel hierbij de interesse van 8% Brusselse kmo’s waar nachtarbeid nog niet is toegestaan en je komt op een kwart van de Brusselse kmo’s die zitten te wachten op flexibilisering. In Vlaanderen en Wallonië is dit minder een roep van de kmo’s, met maximaal 10%, respectievelijk 4% (Vlaanderen) en anderhalf procent (in Wallonië) die pleiten om een verschuiving van de grens tot 24 uur en minder dan 5% bij wie het nog niet is toegestaan in de sector.
  • We weten vandaag of dat het verbod op nachtarbeid verdwijnt. In de distributiesector (onder meer de e-commerce) zou de grens van nachtarbeid van 20 uur naar 24 uur verruimd worden. Dit moet toelaten dat deze bedrijven voldoende concurrentieel blijven met die in onze buurlanden.[1]

Over de driemaandelijkse kmo-studie

In de driemaandelijkse tewerkstellingsprognose van SD Worx zijn voor de 59e keer een voor België representatief aantal kmo's bevraagd naar hun verwachtingen over tewerkstelling. Hieraan namen 557 bedrijven van 1 - 250 werknemers deel tussen 26 november en 5 december 2024. Het betreft een online bevraging van de kmo’s in België aan de hand van een representatieve steekproef waarbij het onderzoeksbureau DataD.be de respondenten via e-mail aanspreekt. De studie wordt ieder kwartaal herhaald. Er wordt gewogen volgens regio en organisatiegrootte in functie van de populatie van kmo’s. De resultaten zijn representatief voor alle kmo’s in België. De wegingen voor Vlaanderen en Brussel zijn nooit groter dan 2,5. Voor de volledige steekproef van 557 kmo’s bedraagt de foutenmarge 4,23% (betrouwbaarheidsinterval van 95%).

Mots clés

Articles recommandés

Tewerkstellingsbarometer : hoeveel personen waren er aan de slag in december 2024?

Hoge Raad voor de Werkgelegenheid: Arbeidsmarkt staat nog voor grote uitdagingen in de groene transitie

Vrouwen aanmoedigen in de digitale sector: een noodzaak gezien de groeiende vraag naar IT-talent