Buitensporigtekort­procedures tegen 7 lidstaten, inbegrepen Belgie : in concreto ?

In het kader van de stabiliteits-en groei pact heeft de Raad eind juli bij besluit vastgesteld dat België, Frankrijk, Italië, Hongarije, Malta, Polen en Slowakije kampen met buitensporige tekorten. Daarnaast heeft de Raad besloten dat de procedure tegen Roemenië, die sinds 2020 loopt, moet worden voortgezet, aangezien het land onvoldoende maatregelen heeft getroffen om het tekort terug te dringen.

Ins en outs

De buitensporigtekort­procedure moet ervoor zorgen dat alle lidstaten hun begroting op orde hebben of weer op orde brengen en grote tekorten voorkomen. Doel is de overheidsschuld laag te houden of een hoge schuld terug te dringen tot een houdbaar niveau.

De lidstaten moeten begrotings­discipline nastreven op basis van de criteria en referentiewaarden in de EU-verdragen: hun tekort mag niet meer bedragen dan 3% van hun bruto binnenlands product (bbp) en hun schuld niet meer dan 60% van hun bbp. Alle lidstaten moeten zich aan deze referentiewaarden houden.


De buitensporig­tekortprocedure moet een lidstaat ertoe aanzetten in te grijpen doordat deze onder verscherpt toezicht komt te staan en aanbevelingen krijgt.

Achtergrond

Op basis van gerapporteerde en bevestigde gegevens voor het jaar 2023 lag het overheidstekort in alle lidstaten waarvoor nu een buitensporigtekort­procedure wordt geopend in 2023 hoger dan de referentiewaarde:

  • Italië (-7,4%)
  • Hongarije (-6,7%)
  • Roemenië (-6,6%)
  • Frankrijk (-5,5%)
  • Polen (-5,1%)
  • Malta (-4,9%)
  • Slowakije (-4,9%)
  • België (-4,4 %)

Na een onderbreking van 4 jaar vanwege de corona­pandemie en de algemene ontsnappingsclausule die tussen 2020 en 2023 gold, heeft de Commissie op 19 juni een verslag opgesteld volgens artikel 126, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de EU (VWEU). De Commissie stelde vast dat 12 lidstaten in 2023 een overheidstekort hadden boven de referentiewaarde van 3% of risico liepen hierop.

Ze stelde voor om voor 7 lidstaten een op het tekort gebaseerde buitensporigtekort­procedure in te leiden. Het Economisch en Financieel Comité bracht vervolgens binnen 2 weken zijn advies uit.

Op 8 juli 2024 diende de Commissie bij de Raad voorstellen in voor Raadsbesluiten over de buitensporige tekorten in de 7 lidstaten en een Raadsbesluit over Roemenië. Hoewel tegen dat land sinds 2019 een buitensporigtekort­procedure loopt, heeft het nog geen doeltreffende maatregelen getroffen.

De Raad besprak deze voorstellen op 16 juli 2024. Het Comité van permanente vertegenwoordigers opende op 24 juli een schriftelijke procedure om de besluiten formeel aan te nemen. Die procedure is intussen afgerond. Nu de besluiten zijn aangenomen, zijn de buitensporigtekort­procedures officieel ingeleid.​

Besluit van de Raad betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in België


Volgende stappen

In het najaar zal de Raad worden verzocht om, op basis van een voorstel van de Commissie, aanbevelingen aan te nemen voor de lidstaten, die maatregelen moeten nemen om hun tekort binnen een bepaalde termijn terug te dringen. In deze aanbevelingen kan een in cijfers uitgedrukt correctief begrotingstraject staan, en een deadline.

De Commissie zal hiervoor rond november voorstellen indienen bij de Raad, samen met het najaarspakket van het Europees Semester.

Dit jaar zal de timing van de definitieve aanbevelingen worden afgestemd op de timing van de structurele begrotings­plannen voor de middellange termijn, die de lidstaten moeten opstellen volgens het hervormde EU-kader voor economische governance. Volgens de nieuwe regels, die sinds 30 april van kracht zijn, moeten de lidstaten namelijk dit najaar plannen indienen waarin ze hun uitgaven en hun prioritaire hervormingen en investeringen voor de komende 4-7 jaar uiteenzetten.

De aanbevelingen van de Raad voor de buitensporigtekort­procedures zullen worden afgestemd op die voor de structurele begrotings­plannen voor de middellange termijn.

Meer weten

Mots clés